4 september 2023

Als er voor je gekozen wordt…

Kiezen en kiezen is twee, zeker bij LNV. Wat moet je als ondernemer als je én aangemerkt wordt als piekbelaster en je het gevoel hebt dat je zaakbegeleider aanstuurt op opkoop, én regelingen voor emissiereductie via innovatie, extensivering of verplaatsing nog niet duidelijk zijn én je een PAS-melder bent die nog niet voor legalisatie in aanmerking komt? Dat voelt alsof er voor je gekozen wordt… Ondanks alle mooie woorden over een vrijblijvende opkoopregeling. Dit overkwam de familie Grin met hun melkveebedrijf bij Biddinghuizen. SGP-Kamerlid Roelof Bisschop ging bij de melkveehouders op werkbezoek en diende Kamervragen in.

Tientallen gezinsbedrijven zitten in eenzelfde schuitje. De SGP heeft grote moeite met deze opstelling van de Rijksoverheid ten aanzien van ondernemers die ter goeder trouw gehandeld hebben. Mede namens het CDA stelde Roelof Bisschop onderstaande Kamervragen aan minister Van der Wal:

Lees hier de schriftelijke vragen van de Kamerleden Roelof Bisschop en Derk Boswijk (CDA) aan minister Van der Wal voor Natuur en Stikstof over het bericht ‘Anje dreigt haar boerderij kwijt te raken’:

  1. Begrijpt u het gevoel van de genoemde ondernemers dat de Rijksoverheid aanstuurt op beëindiging van hun bedrijf?
  2. Wat is de bedoeling van zaakbegeleiding nu duidelijkheid over de regelingen voor verplaatsing en emissiereductie (innovatie, extensivering) nog steeds op zich laat wachten?
  3. Kunt u per ommegaande of op korte termijn meer inzicht geven in de opzet van de regelingen voor verplaatsing en emissiereductie (innovatie, extensivering), zodat piekbelasters niet het gevoel hebben dat ze klemgezet worden?
  4. Op welke wijze zorgt u ervoor dat de zaakbegeleider onafhankelijk advies geeft?
  5. Zorgt u ervoor dat verzamelde bedrijfsgegevens alleen gebruikt worden door de zaakbegeleider en niet verspreid worden onder andere betrokken partijen, waaronder het ministerie van LNV zelf, zodat vrees voor oneigenlijk gebruik van bedrijfsgegevens weggenomen kan worden?
  6. Is de veronderstelling juist dat een transactieovereenkomst in het kader van de beëindigingsregelingen niet notarieel vastgelegd wordt? Zo ja, waarom kiest u er niet voor om ondernemers deze mogelijkheid wel te geven, zodat ze meer zekerheid kunnen ontlenen aan een overeenkomst?
  7. Acht u het gerechtvaardigd dat een onderneming die al in 2008 een milieuvergunning had gekregen voor een veel hoger aantal koeien dan het betreffende bedrijf nu heeft en kort na wijziging van deze vergunning (vanwege minder koeien dan verwacht) een door het bevoegd gezag geadviseerde en toegestane PAS-melding had gedaan, nu niet voor legalisatie in aanmerking komt?
  8. Wat is het perspectief voor PAS-knelgevallen die ter goeder trouw hebben gehandeld, vóór 2015 uitbreiding van bedrijfsruimte hebben gerealiseerd en op advies van het bevoegd gezag een toegestane PAS-melding hebben gedaan? Op welke wijze gaat u zorgen voor legalisering van deze groep PAS-knelgevallen?
  9. Hoe gaat u ervoor zorgen dat de voorwaarde voor beëindigingssubsidie dat gemeenten binnen twaalf maanden het verzoek om wijziging van het bestemmingsplan in behandeling moeten hebben genomen of de situatie dat ondernemers functieverandering willen realiseren en daar binnen twaalf maanden duidelijkheid over moeten hebben, gelet op de doorlooptijden en capaciteitstekorten bij gemeenten geen onnodige struikelblokken worden voor deelname aan de opkoopregelingen?
  10. Hoeveel situaties bestaan er waarbij een PAS-melder of zogenaamde interimmer in het kader van de LBV+ ook als piekbelaster aangemerkt wordt?
  11. Heeft u in beeld hoe groot de groep zogenaamde interimmers is en waar deze zich bevinden?
  12. Op welke wijze bent u voornemens toekomstperspectief te bieden aan deze groep interimmers?
  13. Hoe waardeert u de situatie dat met de huidige aanpak ook toekomstbestendige en innovatieve agrarische bedrijven, die samenwerken met akkerbouwers in de omgeving, als in het geval van de fam. Grin, opgekocht en gesloopt kunnen worden?
  14. Hoe waardeert u de constatering dat de opkoopregeling minder aantrekkelijk is voor ondernemers met oude stallen, terwijl juist deze stallen relatief minder emissiearm zijn? Ziet u mogelijkheden voor bijstelling?