1 februari 2023

Bisschop over institutioneel racisme

Op woensdag 1 februari 2023 debatteerde de Tweede Kamer in commissieverband over institutioneel racisme. Namens de SGP sprak Roelof Bisschop. Zijn bijdrage is hieronder te lezen.

Een werkomgeving moet voor iedereen veilig zijn. Het past niet om anderen uit te sluiten of negatief te behandelen, want ieder mens is waardevol en gelijkwaardig. Ik haal graag de Bergrede aan: “Alles wat u wilt dat de mensen u doen, doet u hun ook zo.” En: “Haal eerst de balk uit uw oog en dan de splinter uit het oog van de ander.”

Aan deze beide uitspraken wil ik twee praktische lessen verbinden. Allereerst: behandel anderen zoals je zelf bejegend wilt worden; maar ook: schiet niet door naar het voortrekken van specifieke groepen boven anderen. Ten tweede: een land dat inzet op mensenrechten wereldwijd moet wel het eigen huis op orde brengen, maar ook persoonlijker: kijk ik en kijken wij ook zelf in de spiegel, of blijft het bij wijzen naar Buitenlandse Zaken?

Gevallen van racisme en discriminatie moeten dus tegengegaan worden. Tegelijk heeft de SGP vragen over het onderzoek en over de voorgenomen maatregelen.

Allereerst het onderzoek zelf. De SGP-fractie begrijpt dat gekozen is voor een kwalitatief onderzoek, omdat dit inzicht geeft in de precieze aard van misstanden en waarom gedrag als pijnlijk werd ervaren. Toch past bij deze aanpak voorzichtigheid in het vellen van algemene oordelen. Het argument dat er onvoldoende waarborgen tegen racisme waren, is een wankele basis om te concluderen dat misstanden ‘institutioneel’ zijn.

Mijn eerste vraag aan de ministers:

  •  Zou het niet passender zijn om te spreken van ‘gevallen’ of ‘specifieke patronen’ van racisme in plaats van het gebruik van de kwalificatie ‘institutioneel’?

De SGP heeft ook moeite met de wijze waarop ‘biculturele’ en ‘witte’ mensen tegenover elkaar worden gezet, en met de manier waarop het rapport ‘relativering’ verdacht maakt, alsof dit bijna per definitie zou voortkomen uit een “onschuldig zelfbeeld”. Dan hebben de onderzoekers altijd gelijk: einde discussie. Sowieso kan discriminatie over heel andere zaken gaan dan cultuur of huidskleur. Daarom de volgende vraag: Beamen de ministers dat ‘inclusie’ niet alleen gaat over ‘biculturaliteit’, maar ook over stad en platteland, conservatief en progressief, religieus en niet-religieus?

Dit brengt me bij de voorgenomen maatregelen: het ‘driesporenbeleid’. De SGP-fractie steunt de inzet op dialoog, een verbeterde meldstructuur, en een solide wervings- en selectieproces. Tegelijk signaleren wij een risico op doorschieten richting ‘positieve discriminatie’.

Mijn vragen:

  • Wat betekent het dat “in het bijzonder biculturele collega’s” zullen doorstromen? En opnieuw: wordt er ook gekeken naar andere relevante achtergrondfactoren?
  • Blijft bovenal de kwaliteit van kandidaten in het licht van functievereisten centraal staan in het wervings- en personeelsbeleid? De SGP zegt: wees nuchter en proportioneel. Schiet niet te ver door de andere kant op. Dat ‘doorschieten’ kan hem ook zitten in allerlei nieuwe en generieke procedures.

Mijn laatste vragen:

  • Is ook een gerichte aanpak overwogen rond de cultuur en werkwijze op specifieke directies, gremia of zelfs personen, in plaats van verplichtingen voor iedereen?
  • En wordt ook Rijksbreed gekeken of vergelijkbare maatregelen ook voor andere departementen wenselijk zijn, met inachtneming van de genoemde ‘nuchterheid’?

Voorzitter, ik rond af. Bestrijd racisme en discriminatie via de dialoog en versterkte klachtenprocedures. Maar sla niet door: laat de winst voor de ene groep niet het verlies van de andere zijn. Ik wens de ministers, en alle mensen op het departement, veel wijsheid toe.