9 maart 2022

Bisschop over versterking functies en omgangsvormen Tweede Kamer

Lees hier de bijdrage van SGP-Tweede Kamerlid Roelof Bisschop aan het debat over de versterking van de functies en omgangsvormen in de Tweede Kamer.

Politieke relletjes kennen we al vanaf het begin van onze moderne parlementaire democratie. Zo verweet Tweede Kamerlid Van Zuylen van Nijevelt minister Forstner in 1854 ‘mystificatie’. Dat klinkt misschien wellevend, maar het had in die tijd de strekking een leugenaar te zijn. Het gevolg was zelfs dat de minister het Kamerlid uitdaagde tot een duel. Kom daar nu eens om.

Naar aanleiding van dit incident gaf Thorbecke een uiteenzetting over omgangsvormen. Een Kamerlid hoort volgens hem een parlementaire gentleman te zijn. Het betekent in de eerste plaats dat van een Kamerlid de hoffelijkheid verwacht mag worden die in de gewone maatschappelijke omgang geldt. Ik onderstreep Thorbecke graag, op dit punt dan. Maar het betekende volgens hem ook iets anders: vanwege de controlerende taak moeten woorden niet te snel persoonlijk opgevat worden. Het verwijt dat iemand bijvoorbeeld niet te vertrouwen is, heeft in het parlement een andere lading dan op straat. Een parlementaire gentleman is dus niet zomaar een gentleman.

Het is goed dat de voorzitter weer eens naar de regels gekeken heeft, maar belangrijker is wellicht dat zij bij ieder van ons aandringt op het besef van de bijzondere verantwoordelijkheid als volksvertegenwoordiger. Kunnen we dit meer bevorderen door middel van rituelen, gewoonten en symbolen, bijvoorbeeld bij toetreding? Je zou ook bijna een klassieke vorstenspiegel willen, maar dan voor parlementariërs. In plaats van focus op de grenzen, aandacht voor parlementaire deugden en etiquette. Hoe kunnen we bijvoorbeeld een scherp debat voeren, maar zonder het onderste uit de kan van de vrijheid van meningsuiting te halen?

De SGP wil hier niet de discussie over het lijkenregister heropenen. Wel pleit ik voor een tussenweg: vindt de voorzitter ook dat vloeken en vulgaire taal niet in het verslag horen? Het signaal moet zijn: dit geeft geen pas!

De werkgroep-Van der Staaij heeft een mooi rapport geschreven over ons functioneren. De ondertitel had ook kunnen luiden: ‘Vind het wiel niet opnieuw uit.’ Het is waardevol dat de commissie inzet op het vertalen van bestaande adviezen, onderzoeken en literatuur in praktische verbeterpunten.
De SGP vraagt hier aandacht voor de punten die wijziging van de plenaire agenda en werkwijze vragen, zoals :

  • Zorg ervoor dat de stemming over amendementen niet meteen na het weekend gebeurt.
  • Creëer vaste lege momenten in de Kameragenda voor overleg tussen Kamerleden.
  • Bezie of moties beperkt kunnen worden.

Kan de voorzitter aangeven hoe en wanneer deze concrete punten opgepakt worden?

Het kan ook goed zijn om meer gewicht te geven aan het voorzitterschap van de Kamercommissies, iets wat in het buitenland vaker zo is. Wil de heer Van der Staaij nog iets meer inkleuring geven hoe die rol eruit zou kunnen zien? En kan de voorzitter aangeven op welke wijze het profiel van de voorzitters versterkt wordt?