17 april 2015

Boycotdreiging Israël

SGP wil opheldering over nieuwe dreiging Israëlboycot

Het Kabinet lijkt de relatie met Israël bewust op het spel te zetten, vindt SGP-leider Kees van der Staaij. Hij vraagt de regering om opheldering nu Nederland een pleidooi voor ‘labeling’ van Israëlische producten actief ondersteunt.

Van der Staaij: ‘De Nederlandse overheid haalt blijkbaar de schouders op over het feit dat zaken doen op de Westbank op deze manier bewust besmet raakt. De Israëlische economie wordt hard getroffen door dit beleid, maar ook de Palestijnse belangen. Deze twee economieën zijn immers stevig verknoopt. Maar blijkbaar is het verlangen naar een stevig statement belangrijker dan de gevolgen.’

De SGP wijst er op dat deze stappen een klimaat scheppen richting een boycot van Israëlische producten, maar dat ook het vredesproces hiermee ernstig wordt verstoord. Door deze aanstalten om Israël te straffen verdwijnt de druk op de Palestijnen om terug te keren naar de onderhandelingstafel.
Van der Staaij roept minister Koenders op zijn steun aan het labelingspleidooi alsnog in te trekken. 

Schriftelijke vragen van de leden Van der Staaij (SGP) en Voordewind (CU) aan de minister van Buza over labeling van producten uit Israëlische steden op de Westelijke Jordaanoever

  1. Is het bericht juist dat 16 van de 28 lidstaten van de EU willen dat producten die afkomstig zijn uit Israëlische steden op de Westelijke Jordaanoever als zodanig worden gelabeld?
  2. Wat is de precieze strekking van het verzoek dat deze lidstaten aan EU-buitenlandcoördinator Mogherini hebben gericht? Welk oogmerk kent het?
  3. Waarom heeft Nederland dit verzoek actief ondersteund?
  4. Bent u zich ervan bewust dat u hiermee mogelijk het klimaat schept waarin een boycot van Israëlische producten kan gedijen? Is dit gewenst?
  5. Vindt u het – gelet op alle onrecht, schendingen van mensenrechten en totaal gebrek aan respect voor democratische waarden in de betreffende regio – proportioneel en gerechtvaardigd om uitgerekend de handel met de democratische rechtstaat Israël op deze wijze te schaden en te stigmatiseren?
  6. Hoe heeft Israël gereageerd op het aan Mogherini gerichte verzoek?
  7. Wat zijn de consequenties van de beoogde labeling voor het Nederlandse bedrijfsleven?
  8. Zal het effect van labeling niet zijn dat Nederlandse bedrijven het zakendoen op de Westbank zullen aanmerken als besmet? Staat dit niet haaks op de handelsmissies die Nederland heeft ondernomen richting Israël?
  9. Kan de beoogde labeling niet veel grotere en ongewenste consequenties krijgen, nu Israël en de Palestijnse gebieden op tal van manieren economisch en anderszins verknoopt zijn? Met andere woorden, krijgt de beoogde labeling niet een reikwijdte die veel verder gaat dan door de minister gewenst? Schaadt dit ook niet de Palestijnse belangen?
  10. Op welke wijze bevordert de beoogde labeling in uw ogen het vredesproces?  Wordt dit juist niet verder verstoord, omdat de druk op de Palestijnen om te bewegen aan de onderhandelingstafel hiermee wordt verminderd?
  11. Bent u bereid om uw steun aan het verzoek aan Mogherini in te trekken en er in Europees verband op aan te dringen dat stappen in het vredesproces tussen Israel en de Palestijnen moeten plaatsvinden aan de onderhandelingstafel?