22 mei 2012

Geen ESM

De SGP is tegen het ESM. Akkoord gaan met dat fonds betekent dat Nederland een blanco cheque gaat geven aan Brussel. Het leidt tot ongecontroleerde machtsoverdracht van Nederlandse bevoegdheden omdat Nederland geen vetorecht heeft en de controle op het fonds onvoldoende geregeld is.
Ook is de SGP tegen het permanente karakter van het noodfonds. De problemen moeten permanent opgelost worden. Dit kan door te zorgen dat landen die zich niet aan de afspraken houden stemrecht ontnomen kan worden en te zorgen dat als ultieme consequentie landen uit de euro gezet kunnen worden. Ook moet veel harder gewerkt worden aan het onderliggende probleem van een te zwakke concurrentiepositie. Een permanent noodfonds zonder deze aanpassingen, leidt ertoe dat landen teveel achterover leunen in plaats van de problemen echt aan te pakken.

 

Val
‘Ach’, zei de muis, ‘de wereld wordt iedere dag smaller. Eerst was ze zo breed dat ik er bang van werd, en ik liep door en was er gelukkig mee dat ik eindelijk links en rechts in de verte muren zag; maar deze lange muren komen zo snel dichter bij elkaar, dat ik nu al in de laatste kamer ben, en daar in de hoek staat de val waar ik in loop’

‘Je moet alleen de looprichting veranderen’, zei de kat, en at de muis op.

Dit citaat van Kafka lijkt perfect toegesneden op de huidige Europese looprichting. Onvermijdbaar stevenen we af op méér Brussel en mínder Nederland. Wie zich er tegen verzet, heeft geen oog voor de ernst van de situatie. Een terugweg is er niet, want die leidt tot de ondergang. Doorlopen tot de Brusselse val dichtslaat, lijkt de enige weg. Het is wat dat betreft misschien veelzeggend dat het ESM al vaak vergeleken is met een ‘brandgang’. Wie dit pad verlaat, brandt zijn billen.

De SGP wil zich niet laten meenemen in Kafkaëske toestanden. Een stevige aanpak van de Europese crisis is geboden, maar daarvoor offeren wij niet onze zelfstandigheid op. En ook niet het spaargeld van Gerrit en Lenie. Deze insteek is voor ons een constante. De discussie over het ESM dwingt partijen opnieuw tot een heldere plaatsbepaling ten aanzien van Europa. Daaraan wil ik daarom allereerst enkele woorden wijden.

Plaatsbepaling
De SGP heeft, niet vanuit een vooropgezette houding maar vanuit verantwoordelijkheidsbesef, zich steeds kritisch opgesteld tegenover het Europese eenwordingsproces. Een eenwordingsproces dat louter gefundeerd leek op menselijk optimisme en waar zelfs een verwijzing naar de christelijke bronnen van Europa als onbetamelijk wordt beschouwd.

Inmiddels heeft de Europese integratie een hoge vlucht genomen en er is bijna geen onderwerp te noemen of Brussel houdt zich ermee bezig. Aan de ene kant biedt de EU oplossingen voor problemen die grensoverschrijdend zijn. De SGP erkent de waarde daarvan en denkt constructief mee. Aan de andere kant streven veel politici een alsmaar voortgaande Europeanisering na. Daartegen zullen wij ons blijvend verzetten. De EU is geen doel op zich.

In de afgelopen vijfentwintig jaar heeft de SGP heel vaak ‘nee’ gezegd tegen nieuwe Europees verdragen. Meest recent nog tegen het Verdrag van Lissabon. Meestal omdat de EU te hard van stapel liep en om te voorkomen dat de Nederlandse regering op allerlei zaken de controle uit handen zou geven. Betekende dit een antihouding? Nee, het ging én gaat ons om een Europa dat zijn grenzen kent en zich tot kerntaken beperkt. Op veel terreinen is de Brusselse bemoeienis veel te ver doorgeschoten.

Grensoverschrijdende problemen zoals de achteruitgang van het milieu, internationale criminaliteit, terrorisme en de toestroom van asielzoekers en illegale migranten vragen wél om Europese oplossingen. Nationale oplossingen zijn daarvoor niet toereikend. Een probleemgerichte benadering van Europese integratie is dus gewenst. ‘Probleemgericht’, dat is het kernwoord voor de SGP als het gaat om Europa.

Noodfonds
Uit het voorgaande blijkt wel dat de SGP kritisch staat voorgesorteerd als het gaat om het creëren van nieuwe bevoegdheden voor Europa. Kritisch, maar niet gedachteloos. De schuldencrisis dwingt tot stevige maatregelen. Een Europees noodfonds kan helpen om Europa financieel op orde te krijgen. Daarom wijzen wij dit instrument niet bij voorbaat af. Het instappen in een dergelijk noodfonds kan echter slechts onder stevige voorwaarden.

In de eerste plaats mag er géén sprake van zijn dat wij de sleutel van onze schatkist aan Brussel afgeven. Betalingen vanuit het noodfonds mogen niet buiten Nederlandse instemming en controle omgaan. Op dat onderdeel willen wij geen overdracht van bevoegdheden naar Brussel. Ik herinner er maar even aan dat de Europese Rekenkamer al jaren weigert om goedkeuring te geven aan de Europese begroting, vanwege de grote foutenmarge. Dat vergroot ons enthousiasme voor het uitschrijven van blanco cheques bepaald niet.

In de tweede plaats zien wij het ESM expliciet als crisismanagement. Het ESM is nodig om een – tijdelijke - crisis te bestrijden. Dat brengt derhalve het element van tijdelijkheid met zich. Een crisis mag niet leiden tot instrumenten of fondsen waar je tot in lengte van jaren aan gebonden bent. De SGP verzet zich derhalve tegen een permanent noodfonds.

Ik wil op beide genoemde voorwaarden nader ingaan. Allereerst ten aanzien van de Nederlandse zeggenschap over het noodfonds.

De parlementen van Duitsland en Engeland krijgen direct zeggenschap over het verstrekken van leningen aan probleemlanden. In Nederland heeft de minister toegezegd over belangrijke besluiten te overleggen met het parlement, maar de vraag is welke garanties er zijn. Waarom wordt geen vergelijkbare positie voor NL gecreëerd? Zijn procedureafspraken tussen regering en parlement niet een te wankele basis? Waarom is hierover niets in het verdrag of anderszins wettelijk geregeld.

De regering geeft aan dat afspraken met de Kamer beter zijn in het kader van de benodigde flexibiliteit. Maar die kan toch ook in wetgeving worden ingebouwd? Kortom, kan de Minister aangeven welke verschillen er zijn met de positie van de parlementen in Duitsland en Engeland en is hij bereid eventuele verschillen weg te nemen zodat het NL parlement een vergelijkbare positie krijgt? Het kabinet hoopt tot werkbare afspraken met het parlement te kunnen komen. Maar dat moet toch gegarandeerd zijn vóórdat instemming met het ESM-verdrag aan de orde is?

Duitsland, Frankrijk en Italië hebben vetorecht bij het verstrekken van leningen omdat zij minstens 15% van de stemmen hebben en 85% moet instemmen. Waarom NL niet? Nu zijn we overgeleverd aan anderen (mits 85% het steunt), terwijl discussies tot nu toe hebben uitgewezen dat de rol van NL best eens cruciaal kan zijn. Dit leidt tot ongelijke posities en dus tot ongelijke onderhandelingsmacht van landen.

De SGP heeft samen met de CU een motie ingediend om publiek-externe en parlementaire controle goed vorm te geven. Dit is onvoldoende geregeld. Ook de Algemene Rekenkamer en de Raad van State komen met dit punt als het gaat om de controle achteraf. Wat gaat de minister doen om dit goed te regelen? Een deel van de controle wordt nog verder geconcretiseerd in by-laws. Wij hebben grote moeite met het feit dat die pas duidelijk worden ná ratificatie. Bovendien is de invloed van Nederland op deze by-laws niet erg groot en staat het parlement nagenoeg buitenspel bij de totstandkoming. De rapporten van de betrokken rekenkamers worden naar het parlement gestuurd. Maar dat is toch heel wat anders dan directe parlementaire controle. Welke invloed kan het parlement hebben als ze op grond van deze rapporten ontevreden is over bijvoorbeeld de effectiviteit of de eisen die aan leningen worden gesteld?

Tijdelijk
Dan de kwestie van de tijdelijkheid van het noodfonds. Zoals gezegd, de SGP is niet per definitie tegen een noodfonds. Maar dan moet wel aan essentiële randvoorwaarden voldaan zijn. Dit verdrag is in combinatie met andere verdragen, zoals het stabiliteitsverdrag, een politiek compromis. De SGP zou meer geregeld willen zien. Er staat nu geen einddatum in voor het verdrag. In de huidige vorm moet het ESM-verdrag volgens de SGP niet langer dan nodig is in stand blijven. Waarom is er geen horizonbepaling opgenomen? Eventueel overweegt de SGP een amendement op dit punt.

De regering stelt dat een permanent noodfonds nodig is om stabiliteit te creëren, omdat op elk moment opnieuw een crisis kan optreden. Maar het zou toch zo moeten zijn dat van de huidige situatie geleerd wordt zodat een crisis van deze omvang zich niet meer voordoet? Is het niet juist omdat andere instrumenten (zoals ontnemen stemrecht en uit de euro zetten) niet gerealiseerd zijn in bijvoorbeeld het stabiliteitsverdrag en er tevens onvoldoende gewerkt wordt aan een gezonde concurrentiepositie van landen wat het noodzakelijk maakt het fonds in deze vorm permanent te maken? Zou het niet verstandiger zijn voor een periode van 5 jaar dit fonds te creëren, zodat politici weten dat de echte onderliggende problemen opgelost moeten worden en een beter verdrag voorgesteld moet worden? Juist de uitdrukkelijke tijdelijkheid van het fonds als stok achter de deur! Anders blijft het dweilen met de kraan open.

De SGP wil niet permanent een probleem in stand houden door het noodfonds permanent te maken. We moeten juist voldoende druk op de ketel houden. Anders blijft de EU een transferunie, terwijl we toe moeten naar een situatie dat landen permanent hun eigen broek ophouden. De regering stelt dat een crisis nooit uitgesloten kan worden, ook als preventie geoptimaliseerd wordt, maar een crisis in deze omvang is dan toch wel erg onwaarschijnlijk? We moeten toch niet willen dat het permanente noodfonds een permanent dweilfonds wordt?

Er is geen mogelijkheid voorzien in het verdrag om uit te treden. Volgens de regering is dat zo omdat ook niet voorzien is in de mogelijkheid om uit de euro te treden. De SGP-fractie betreurt het laatste, maar die fout is toch geen noodzakelijke grond voor een nieuwe fout? Als het ESM om welke reden dan ook in de ogen van een lidstaat volstrekt ongewenst wordt, dan moet toch de mogelijkheid bestaan uit het ESM te vertrekken?

Het verdrag treedt in werking als 90% van de stemmen binnen zijn. Is dat staatsrechtelijk niet vreemd? Het verdrag kan immers grote consequenties hebben, ook voor landen die er niet mee ingestemd hebben.

Er is geen harde verplichting om in juli ratificatie af te ronden. Gezien de status van het kabinet en de komende verkiezingen, wat is het bezwaar om te wachten tot na de verkiezingen en dit debat af te ronden met een nieuwe Kamer? Dan is mogelijk ook meer bekend over de uitwerking, bijvoorbeeld in de by-laws.

Kritisch
Ik gaf al aan dat de SGP kritisch staat voorgesorteerd. Vetorecht, parlementaire controle en tijdelijkheid zijn dan de trefwoorden. Wij zien daarom met meer dan gemiddelde belangstelling uit naar de reactie van de minister.