31 maart 2020

Hulp ok, maar geen stappen naar 1 Europa

De coronacrisis trekt diepe sporen door Europa. Het virus houdt zich niet aan landsgrenzen. Alle lidstaten van de EU zijn getroffen. In deze crisis staat de volksgezondheid voorop, of je nu Nederlander, Spanjaard, Duitser of Italiaan bent. Elke mensenleven telt. Hulp bieden aan de naasten is dan ook vanzelfsprekend. De les van de barmhartige Samaritaan uit Lukas 10 geldt ook in 2020.

Zoals zo vaak, speelt ook nú ‘geld’ een belangrijke rol. Dit heeft binnen de EU de verhoudingen op scherp gezet. Hoe gaan we de coronacrisis te lijf? Uit welke potjes halen we geld? Aan wie geven we het? En wie gaat dat allemaal betalen?

Allereerst is het noodzakelijk dat er op Europees niveau samengewerkt wordt op het gebied van medische ondersteuning. Het is prachtig als Nederlandse kennis gedeeld kan worden met andere landen, dat zieken uit Nederland net over de grens kunnen worden opgenomen als dat nodig is, en als medicijnen en beschermende middelen gedeeld kunnen worden. Mooi als lidstaten zich gezamenlijk inzetten voor de ontwikkeling van een vaccin!

Maar een crisis, zeker deze coronacrisis, kost onvoorstelbaar veel geld. Landen moeten daarvoor eerst in de eigen portemonnee kijken. In Nederland is deze gelukkig vrij goed gevuld. Dat is niet vanzelf gegaan, daar heeft elke Nederlander en hebben alle Nederlandse bedrijven in de voorbije jaren geld voor opzij gelegd en belasting voor betaald!

Maar wat als er niets meer in de portemonnee zit? Dan kan de EU bijspringen. Bijvoorbeeld door het gericht inzetten van fondsen. Of door het versoepelen van de begrotingsregels. Wellicht zelfs door het inzetten van het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM). Aan deze steunmaatregelen moeten strenge voorwaarden gesteld worden. Niet om landen dwars te zitten. Wel om landen op een zo goed mogelijke manier te helpen. Gericht op het bestrijden van de coronacrisis, maar ook gericht op de langere termijn, als deze crisis hopelijk voorbij is.

Helaas gaan er ook stemmen op die nu, terwijl het coronavirus toeslaat, de crisis aangrijpen om hun ideeën over een nog verdergaande eenwording van de Europese lidstaten te realiseren. Denk alleen maar aan de roep om Eurobonds (gezamenlijk schuldpapier waardoor de rentelasten voor Nederland flink oplopen). Of neem de wens van diverse landen om de pot met geld uit het ESM (410 miljard euro) zo snel mogelijk in te zetten, met zo min mogelijk voorwaarden. En wat te denken van de Europese Centrale Bank (ECB) die door het op topsnelheid laten draaien van de geldpers honderden miljarden euro’s de economie in pompt. Maatregelen die omstreden zijn en zonder de coronacrisis nooit genomen zouden worden. Dat gaat veel te ver. Daarnaast zijn de kostbare maatregelen die nu worden voorgesteld er vooral op gericht alle eurolanden koste wat kost binnen de eurozone te houden. Het is zeer de vraag of dat op de lange termijn een houdbare strategie is.

Lidstaten moeten omzien naar elkaar. Dat kan betekenen dat Nederland, als de situatie in Nederland het toelaat, medische ondersteuning naar Spanje stuurt, of Italiaanse ziekenhuizen helpt. Het kan eveneens betekenen dat Nederland financiële steun aan bijvoorbeeld Italië geeft. Of dat de ECB geld uit een fonds inzet voor hulp aan een andere lidstaat. Die hulp dient gericht te zijn op het helpen van landen op de juiste manier en moet bedoeld zijn om de coronacrisis te bestrijden. Maar zeker niet om tijdens deze afschuwelijke crisis snel nieuwe stappen te zetten in de richting van een Europese eenheidsstaat.