28 februari 2025

Kamervragen over abortus

SGP-Kamerlid Diederik van Dijk stelt samen met Mirjam Bikker (CU) schriftelijke Kamervragen aan de staatssecretaris Karremans van Jeugd, Preventie en Sport over informatie van FIOM over abortus. De Kamervragen zijn hieronder te lezen. 

  1. Bent u bekend met informatie van FIOM over abortus onder de titel ‘Een realistisch beeld van zwangerschap en abortus’?
  2. Is de totstandkoming van deze informatiepagina gefinancierd met subsidie van het ministerie van VWS?
  3. Wat vindt u van het gebruik van de foto’s met petrischalen? Erkent u dat deze foto’s geen realistisch, maar eerder een misleidend beeld geven van wat een abortus is, aangezien alleen het lege vruchtzakje te zien is en niet het embryo omdat deze met het bloed van het zwangerschapsweefsel afgespoeld is?
  4. Bent u het ermee eens dat het kwestieus is om te pretenderen eerlijke en betrouwbare informatie te willen verschaffen over abortus, maar tegelijkertijd foto’s te presenteren waarop het embryo (waar het bij een abortus nu eenmaal om te doen is) verwijderd is?
  5. Wat vindt u van de volgende Q&A van FIOM naar aanleiding van deze foto’s: ‘Waarom zien de foto's op deze pagina er zo anders uit dan het beeld op een echo? Deze foto's laten zien wat je met het blote oog ziet na een instrumentele abortus. Ons doel is om een realistisch beeld te geven van hoe het weefsel er bij een jonge zwangerschap uitziet. Dit is kleiner en anders dan op echobeelden, omdat je bij een echo vaak een uitvergroting ziet. En omdat je op een echo transparante structuren van een embryo kunt zien die je met het blote oog niet ziet. (…)’ Bent u het ermee eens dat het uitvergroten van de werkelijkheid door middel van een echo niks af doet aan diezelfde werkelijkheid en eerder een méér dan een minder realistisch beeld van de werkelijkheid geeft?
  6. Vindt u het passend bij eerlijke en betrouwbare informatievoorziening dat FIOM geen beelden laat zien van een abortus ná 9 weken terwijl ongeveer een kwart van de abortussen na deze termijn plaatsvindt?
  7. Bent u ermee bekend dat de foto’s met de petrischalen afkomstig zijn van het My Abortion Network (MYA Network), een activistische pro-abortus organisatie uit de Verenigde Staten die abortus ‘medisch en cultureel’ zegt te willen normaliseren? Vindt u het gebruik van (buitenlands) materiaal van dergelijke, niet-neutrale lobbyorganisatie passend bij eerlijke en betrouwbare informatieverstrekking? Gebruikt FIOM vaker materiaal van dergelijke Amerikaanse, activistische lobby-organisaties?
  8. Wat vindt u ervan dat FIOM op de vraag ‘Kan de vrucht pijn voelen bij een abortus?’ het volgende antwoord geeft: ‘In het eerste trimester voelt de vrucht geen pijn. Vanaf het tweede trimester kan de vrucht bewegen en reageren op dingen die in de buik gebeuren. Sommige mensen zullen dit pijn noemen, maar het is niet hetzelfde als wat volwassenen voelen. Het brein en het zenuwstelsel van de vrucht zijn nog niet genoeg ontwikkeld om pijn te hebben zoals wij dat ervaren. Tussen 12 en 20 weken zwangerschap begint de ontwikkeling van het systeem dat met pijn te maken heeft. Als de foetus al iets ervaart, weet het niet waar het vandaan komt, heeft het daar geen emotionele reactie op en vergeet het die prikkel direct weer.’
  9. Bent u bekend met het onderliggende wetenschappelijke onderzoek uit 2020* waar FIOM naar verwijst, waarin letterlijk wordt gesteld: ‘Here, more recent evidence calling into question the necessity of the cortex for pain and demonstrating functional thalamic connectivity into the subplate is used to argue that the neuroscience cannot definitively rule out fetal pain before 24 weeks. We consider the possibility that the mere experience of pain, without the capacity for self reflection, is morally significant. We believe that fetal pain does not have to be equivalent to a mature adult human experience to matter morally, and so fetal pain might be considered as part of a humane approach to abortion.’ En: ‘It can be argued that such a pain lacks moral relevance, but we view that position with some suspicion. We may doubt whether the fetus (or an animal) ever feels anything akin to pain, but acting as if we have certainty flirts with a moral recklessness that we are motivated to avoid.’ Vindt u dat FIOM een eerlijke en betrouwbare weergave geeft van deze inzichten uit dit wetenschappelijke artikel?
  10. Erkent u dat het morele betekenis heeft dat een ongeboren kind vanaf 12 weken pijn kan ervaren? Hoe zou zich dat volgens u moeten vertalen in wetgeving en beleid?
  11. Als volgens dit onderzoek niet uitgesloten kan worden dat een ongeboren kind voor 24 weken pijn ervaart, waarom wordt er in Nederland geen gebruik gemaakt van pijnbestrijding bij het uitvoeren van een (late) abortus?

 

* Derbyshire SW, Bockmann JC. Reconsidering fetal pain. Journal of Medical Ethics 2020;46:3-6