21 september 2016

Naar boven kijken

Naar boven kijken…

Bijdrage SGP-fractievoorzitter Kees van der Staaij aan de algemene politieke beschouwingen 2016.

Algemene Beschouwingen - Eerste termijn

In wat voor land leven we eigenlijk?
Veel mensen vragen zich dat af.
De boer, die zijn bedrijf naar de knoppen ziet gaan.
De burger die zijn vertrouwde buurt ziet veranderen.
Maar ook de asielzoeker die de oorlog in Syrië is ontvlucht: wat is Nederland eigenlijk voor een land?

We debatteren nu alweer urenlang.
Heel voorspelbaar.
De regeringspartijen tellen de zegeningen van het kabinetsbeleid.
De oppositiepartijen de fouten.

Ik wil mijn spreektijd nou eens niet gebruiken om uitgebreid uit de doeken te doen hoe de SGP het kabinet beoordeelt, maar ik wil het over een heel andere boeg gooien.

Stabiel

De SGP heeft nu eenmaal ‘de pech’ dat we erg stabiel zijn in wat wij vinden.
Dat levert in dit huis natuurlijk geen spectaculaire verrassingen op.
Ik kan niet zeggen: wij hebben eerst jarenlang defensie en veiligheid verwaarloosd, maar nu gaan we beetje bij beetje weer aan herstel werken.
De SGP heeft zich nu eenmaal steeds sterk gemaakt voor veiligheid en defensie.

Of om een ander voorbeeld te geven. Ik kan ook niet zeggen: we waren eerst heel erg positief in het weggeven van allerlei bevoegdheden aan Brussel, maar nu worden we toch een tandje kritischer.
De SGP was nooit voorstander van de ontwikkeling richting Europese superstaat.

En als gaat om het belastingstelsel: alweer hetzelfde laken en pak.
Die oneerlijke fiscale discriminatie van eenverdieners is ons altijd al een doorn in het oog geweest.
Ik heb daar nog wel een vraag over: Het is mooi dat ook de koopkracht voor eenverdieners stijgt en dat er voor een specifieke groep chronisch zieken en gehandicapten zelfs wat extra’s gebeurt. De onaanvaardbare kloof tussen eenverdieners en tweeverdieners groeit helaas wél steeds verder. Wanneer gaat het kabinet hier nu echt eens iets aan doen? Wat gaat het kabinet voor mantelzorgers doen?

Spannende sorry’s

Daar komt nog eens bij dat de SGP ook geen spannende sorry’s in de aanbieding heeft.
Geen gebroken verkiezingsbeloftes.
Geen teamverwaarlozing.
Niets van dit alles.
Sorry, ik kan er ook niks aan doen.

Nu zou ik dit debat nog wel kunnen aangrijpen om aan te geven hoe de SGP zich tegenover het kabinet heeft opgesteld. Goede plannen steunen,
minder goede plannen verbeteren, en slechte plannen afwijzen. Maar dat is ook allemaal al wel bekend.

Ik zou kunnen aangeven hoe we via deelakkoorden voor elkaar dat de gezinsportemonnee enigszins ontzien werd, mantelzorgers een steuntje in de rug kregen en er extra geld naar veiligheid en defensie ging.
Ik zou kunnen noemen dat we blij zijn dat onze wensen werden ingewilligd om geld vrij te maken voor uitstapprogramma’s voor prostituees, begeleiding van ongewenst zwangere vrouwen en maatregelen om zelfdodingen tegen te gaan.
Maar dat is weer zo snoeverig, zo borstklopperig en dat is ook weer niet des SGP’s. “Laat een vreemde u prijzen en niet uw eigen mond”, zei de wijze Salomo al.

Meer SGP

Weet u wat me de afgelopen tijd wel is opgevallen in het land? Dat je steeds vaker de verzuchting hoort: soms hardop, soms voorzichtig gefluisterd:
“Soms zou je meer SGP willen…”
Nu zijn de komende verkiezingen natuurlijk een uitgelezen mogelijkheid om daar wat aan te doen. Maar niets staat het kabinet in de weg om nu al werk te maken van wat meer SGP in de plannen…
Ik doe alvast twee bescheiden voorstellen:

  1. Help onze ondernemers in de land- en tuinbouw door een meerjarenakkoord. Daardoor krijgen hun bedrijven zekerheid en perspectief om te investeren in dierenwelzijn en milieu. Je kunt niet groen zijn als je in het rood staat. Minister-president, wat is hierop uw antwoord?
  2. Ons tweede voorstel heeft ermee te maken dat Nederland meer is dan de randstad. Concreet: de commissie Balkenende heeft voor Zeeland een mooi plan op tafel gelegd. Is het kabinet bereid hiervoor de portemonnee te trekken?

Ik had beloofd het vandaag over een andere boeg te gooien.
Voor de afwisseling wil ik u allen even meenemen naar de centrale hal van de Tweede Kamer. De plek waar iedereen binnenkomt, volk en volksvertegenwoordigers, kiezers en gekozenen. In die welkomsthal kun je mooi zien wat voor land Nederland eigenlijk is.

Rondleiding

Ik zie sommigen al verschrikt kijken. Wat krijgen we nou, zo laat op de avond? Om u gerust te stellen: ik wil u een virtuele rondleiding geven.

Voor het gemak heb ik wel wat meegenomen. Na de stekkerdoos van GroenLinks een paar jaar geleden is het wat rustiger geworden met voorwerpen in de Kamer, maar het is een oude traditie in ons parlement om soms wat aanschouwelijk onderwijs te geven.
Zo kwam CDA-kamerlid Eversdijk in 1985 met een heuse muskusrat opdraven. Eerder, in 1972, al besteeg Kamerlid De Jong van de Nederlandse Middenstandspartij het spreekgestoelte met een schoolbord plus krijt om voor te rekenen dat de regering de zelfstandigen besteelt.
En de fameuze Pieter Jelles Troelstra, de oprichter van de vooroorlogse PvdA, liet in 1897 een nagemaakt houten venstertje aanrukken om daarmee de onschuld te bewijzen van de in het gevang belande gebroeders Hogenhuis, destijds een roemruchte zaak.

De ruimte waar ik u naartoe wil nemen is de Statenpassage, waar vorig jaar tijdens de Algemene Beschouwingen het wereldberoemde Amazing Grace te horen was. Een lied met een boodschap van geloof, hoop en liefde.

Ook als deze hal leeg is, is er veel moois te zien.
Vandaag wil ik even stilstaan bij drie kunstwerken.

Kunstwerk 1

Borstbeelden en IcarusIk begin vlak bij de ingang Plein. Daar staan al sinds jaar en dag in een halve cirkel achttien borstbeelden van erflaters van onze Nederlandse beschaving.

We komen er schrijvers en dichters tegen, ingenieurs en, componisten Oranjes als Frederik Hendrik, stadhouder Willem II en Koningin Wilhelmina. Dominee-dichters als Beets en Ten Kate. Een bekende naam als Thorbecke, maar ook een minder bekende, zoals de arts Pieter Pel. De onwaarschijnlijk getalenteerde Anna Maria van Schuurman staat ertussen - de eerste vrouwelijke studente in ons land. Ook een bouwend ondernemer als Anne van Hasselt ontbreekt niet. 

Zij allen hebben een bijdrage geleverd aan het Nederland van nu. 

Hoe is deze selectie ‘helden’ tot stand gekomen? Het antwoord is wel héél Nederlands. Heel praktisch: het was een tamelijk toevallige keuze uit een grote collectie borstbeelden die in min of meer gelijke maat waren uitgevoerd in wit of witachtig marmer, een gesteente dat kracht uitstraalt, onvergankelijkheid…

Overmoed

Opvallend is echter het beeld dat uitstijgt boven onze erflaters. Daar staat namelijk Icarus. Niet van marmer, maar van gips! Als om aan te geven: alles is vergankelijk. De Griek Icarus was nog zo gewaarschuwd : vlieg niet te laag, maar ook niet te hoog. Maar in zijn overmoed deed hij dat tóch. Hoe het afliep is bekend: hij stortte neer.

Dit beeld in de statenpassage heeft een naam: Illusie. De illusie laat de mens hoog vliegen, maar ook hard neerkomen. Met de campagnes voor de boeg: goed om in onze oren te knopen.
Maar is het vreemd om in dit verband aan Europa te denken? In overmoed zijn we steeds hoger gaan vliegen, tot in de ijle luchten van de Eurozone en een superstaat.
Nú weten wij dat dat illusiepolitiek was. Hopelijk dringt het besef óók in Brussel door dat als de koers niet drastisch wordt bijgesteld, de EU uit elkaar valt. De Brexit is daarvan een voorbode. De open grenzen binnen de EU zijn alleen verantwoord als de gezamenlijke buitengrenzen echt goed bewaakt worden. Nog altijd zijn die grenzen lek en kunnen terroristen zich in de vluchtelingenstroom mengen.
Wanneer komt dit nu eindelijk op orde?

Ik vraag me af of het kabinet nu echt werk maakt van minder Europa en meer bescheidenheid in Brussel. Wordt de aanbestedingsbureucratie aangepakt? Stoppen de banenplannetjes? Stopt de EU ermee om de pensioenregels naar zich toe te trekken?
Als blijk van goede wil vraagt de SGP of het kabinet bereid is te beginnen met het strijken van de Europese vlaggen van de Nederlandse overheidsgebouwen.

Kunstwerk 2

Mevrouw de Voorzitter. Ik troon u nu mee naar het beeld halverwege de statenpassage, rechts. Daar staat een groot kunstwerk van enorme rechthoekige platen. Het heet “De vier wetgevers”.

Vier wetgevers

Wie dichterbij komt, ziet vier afbeeldingen op de panelen.
De Griek Solon, de man van de Atheense wetgeving.
De Byzantijnse keizer Justinianus, van groot belang voor het Romeinse recht.
De Franse Keizer Napoleon, aan wie we het Burgerlijk Wetboek te danken hebben.
En de Bijbelse figuur Mozes, leider van het Joodse volk. Op de berg Sinaï ontving hij van God de Tien Geboden, geschreven op stenen tafelen, platte stenen.

De panelen van deze wetgevers zijn met elkaar verbonden door een ring van kleinere platen waarin de Latijnse spreuk te vinden is uit het werk van Hugo de Groot: “Waar het recht ophoudt, begint de oorlog.”

Veiligheid en recht

Die uitspraak is vandaag de dag maar al te actueel. Zelfs oorlogen ver weg, waar je in de dagen van Hugo de Groot alleen maar over las, komen nu wel heel dichtbij. Deze spreuk inspireerde en inspireert mijn fractie om ons nóg méér in te zetten voor rechtshandhaving, voor veiligheid en defensie. En dat voor de lange termijn. Mijn concrete verzoek aan de minister-president: leg in een meerjarenplan vast dat er voldoende geld wordt gereserveerd voor defensie en veiligheid.
Gezien de toestand in de wereld en in eigen land is dat helaas bepaald geen overbodige luxe.

Veiligheid moet er voor iedere burger zijn.
Ik vond het schokkend om te horen dat Somalische christenen in Nederland soms in het geheim bijeen moeten komen uit angst voor geweld en bedreiging uit radicaal-islamitische hoek.
Veel dreiging treft ook Joodse personen, instellingen en synagogen. Het antisemitisme, de Jodenhaat wordt onbeschaamder. Wij willen en mogen nimmer zwichten voor dreiging en intimidatie. Wat doet het kabinet concreet?

Inderdaad, waar het recht ophoudt, begint de oorlog.

Kunstwerk 3

Mevrouw de Voorzitter. Ik kom nu aan het eind van mijn rondleiding. We gaan nu naar het derde en laatste kunstwerk. Misschien wel het kunstwerk dat het minst in het oog valt als je door de Statenpassage loopt.
In de nok van de hal bevindt zich een monumentale hangende constructie. “Nederland, land aan de zee”, staat erop. Het werd ons cadeau gedaan door de provincies bij de ingebruikneming van de nieuwe zaal in 1992.

Nederland aan zee

Het bijzondere van dit kunstwerk is dat koningin Beatrix hieraan een bijdrage heeft geleverd en twee teksten heeft aangeleverd. Die staan op een lange, naar beneden hangende oranje wimpel. De eerste luidt: “In de gelijkwaardigheid van mensen ligt de grondslag voor een verdraagzame samenleving.” De andere tekst komt uit ons volkslied. Het bekende “Mijn schild en de betrouwen, zijt Gij, o God mijn Heer.”

Wat is Nederland voor een land?

Christendom

Als ik de kunstwerken in de Statenpassage op me in laat werken, zie ik een land van verschillende invloeden, diversiteit aan stromingen. Verreweg de meeste personen waren, in welke vorm dan ook, christen. Om het met de woorden van Thorbecke , de geestelijk vader van de minister-president en van collega Pechtold te zeggen: “Het christendom heeft onze wetgeving en ons bestuur, onze samenleving en onze zeden doortrokken.”

De vraag voor vandaag is: Hoe gaan we met deze waardevolle erfenis om? Wat is ons morele kompas? Die vraag naar onze waarden is actueel in het licht van de ontkerkelijking, maar ook in het licht van de opkomst van de islam.

De SGP is in ieder geval dankbaar voor dit christelijke gedachtegoed. Ik ben er zelfs trots op. Een gezond zelfbewustzijn is nodig. Alleen al om die reden vind ik dat in de inburgering en in het integratiebeleid meer oog moet zijn voor de geschiedenis van Nederland. Onze geschiedenis begint niet pas in de zestiger jaren!

Dat de kerstdagen een andere status in ons land hebben dan het Suikerfeest, komt omdat dit bij de historische identiteit van Nederland hoort. Polygamie hoort hier niet thuis, evenmin als het uithuwelijken van kinderen. Ieder mens is onze medemens, geschapen naar het beeld van God. Daarom moeten we omzien naar elkaar, trouw zijn aan wie we trouw beloofd hebben en hebben wij oog voor kwetsbaren. Is het kabinet het met mij eens dat dit waarden zijn waar we pal voor moeten staan?
Een van die waarden om zuinig op te zijn, is de zondagsrust. Vorige week kwam in het nieuws dat een ondernemer in Groningen op straffe van een forse boete op zondag open moet zijn. De wereld op z’n kop. Is het kabinet bereid maatregelen te nemen om hier een stokje voor te steken?

Kwetsbare levens

Ik noem met klem ook de waarde van bescherming van kwetsbaar leven.
Forse kritiek houdt de SGP als het gaat om de bescherming van ongeboren kinderen. Wij zijn buitengewoon bezorgd over de effecten van de NIPT-test, waarvoor nu een subsidieregeling is aangekondigd. Zijn mensen met het syndroom van Down nog wel welkom in de samenleving van morgen? Dat is een klemmende vraag.
Maar ook onbedoeld zwangere vrouwen in nood verdienen meer steun dan ze nu krijgen. Binnenkort, in de week van het leven (de week van 6 november) dient de SGP daar een initiatiefnota voor in.
Wij verwachten nog een kabinetsstandpunt over de klaar-met-leven-pil. Een commissie van wijzen heeft gezegd: “Begin er niet aan, het is echt de verkeerde weg, waarvan juist kwetsbare mensen de dupe kunnen worden.” Luistert het kabinet hiernaar?

Het verleden mag nooit een reden zijn voor zelfvoldaanheid. Het moet juist een aansporing zijn om in goede wegen verder te gaan. Als oproep tot bekering, zo heet dat in de Joods-christelijke traditie. Breken met wat verkeerd is. Goede wegen bewandelen. Daar roepen wij ook nu van harte toe op.

Kompas

Staan we nog heel even stil bij de Tien Geboden. Die zijn wel de hoeksteen van de rechtsordening genoemd; fundamentele leefregels.
Mozes zei ooit tegen het Joodse volk: “Vergeet ze niet, ze zijn u ten goede gegeven.” Het brengt zegen door ze te volgen, en vloek door ze te verwerpen.
Het zijn leefregels, het is een kompas, die het samenleven ten goede komen. Die vrijheid scheppen.
De samenvatting van die Tien woorden is eeuwen later door Jezus Christus gegeven: “God met hart en ziel liefhebben, en je naaste als jezelf.”

Dat is niet eenvoudig, dat besef ik maar al te goed.
Maar wat daarbij helpt is de blik opwaarts te heffen.
Naar de tekst: “Mijn schild ende betrouwen, zijt Gij, o God, mijn Heer!” Daarom tot slot mijn oproep: Laten we, iedere dag dat we hier binnenstappen, éérst omhoog kijken.

Algemene Beschouwingen - Tweede termijn