3 april 2019

SGP ernstig geschokt over fouten in zaak Michael P.

Lees hier de inbreng van Kees van der Staaij aan het debat over de fouten in de zaak Michael P. De SGP-voorman is ernstig geschokt.

"In- en intriest zijn de gevolgen van het falend handelen rond Michael P. Buitengewoon pijnlijk voor de nabestaanden van Anne Faber. Maar ook buitengewoon schadelijk voor het veiligheidsgevoel en het vertrouwen van de burger in de overheid.

Als gevolg van diverse fouten en tekortkomingen in het stelsel van forensische zorg kreeg Michael P. allerlei vrijheden die niet pasten bij zijn verleden. De onderzoeken van de Onderzoeksraad voor de veiligheid en van de inspecties maken dit pijnlijk duidelijk. De SGP is ernstig geschokt door de fouten die gemaakt zijn.

Michael P. werd vooral als patiënt gezien, en niet als zedendelinquent. Aandacht voor zedendelicten die hij had begaan waren uit beeld geraakt. En dáár zat hij nu juist zijn straf voor uit!

De veiligheid van de samenleving speelde eigenlijk helemaal geen rol bij de beoordeling van zijn casus. In plaats daarvan stond resocialisatie centraal. De beoordeling van vrijheden was eigenlijk een administratieve handeling. Geen inhoudelijke beoordeling op grond van kennis van hem en zijn situatie.

Wie dan ook nog ziet: dat in het verleden niet-meewerken aan onderzoeken ervoor zorgde dat hij tbs kon ontlopen, dat een beroep op privacy voldoende was om zijn dossier niet door te geven en dat de toegekende vrijheden elkaar in hoog tempo opvolgden, die kan niet anders dan concluderen dat er echt iets grondig mis is.

De overheid is tekortgeschoten in de bescherming van de samenleving. Het zijn geen indianenverhalen, maar het is dus echt waar dat op grond van privacyregels belangrijke informatie niet meegenomen wordt in belangrijke afwegingen en dat er geen serieuze risicotaxatie is gemaakt. Dat is onverteerbaar. Een rechtsstaat gaat niet alleen over de rechten van verdachten, maar ook over bescherming van burgers. Dat evenwicht is verstoord.

De SGP wil graag van de minister in eigen woorden horen: hoe kon dit nu zo misgaan? Hoe kunnen we erop vertrouwen dat er niet meer privcayregels zijn die schade kunnen doen aan de veiligheid van de samenleving.

De SGP begrijpt de inzet die erop gericht is om gevangenen na het uitzitten van hun straf gefaseerd vrijheden terug te geven. Zonder zo’n stelsel zou iemand plotseling volledig vrij op straat kunnen komen. Maar als zo’n stelsel functioneert zonder dat er toezicht is of zelfs een voortdurend raadplegen van alle beschikbare informatie, dan is er geen sprake van verantwoorde zorg en het uitzitten van een strafrestant. Maar de SGP vindt het ontoelaatbaar dat straf verengt tot zorg en dat de dader van zedendelicten alleen patiënt of zelfs slachtoffer wordt.

De SGP wil graag de volgende vragen stellen:

  1. Op welk moment is de minister verbetermaatregelen gaan nemen? Wat wordt concreet bedoeld met het voortaan zwaarder laten meewegen van maatschappelijke risico’s bij het toekennen van vrijheden?
  2. Hoe kan een beroep op privacy bij gedetineerden zo’n grote rol gaan spelen? Zijn er meer situaties waarin de regels rond privacy de veiligheid in de weg staan? Is de minister bereid hier de Kamer zo snel mogelijk duidelijkheid over te bieden?
  3. Is er nu daadwerkelijk een einde gekomen aan het klakkeloos toekennen van vergaande vrijheden?
  4. Is vanaf nu gewaarborgd dat het Openbaar Ministerie, reclassering en DJI steeds geraadpleegd worden bij het vaststellen of er nieuwe stappen gezet kunnen worden rond vrijheden?
  5. Welke concrete verbeteringen worden ingezet om de relatie en informatieuitwisseling tussen de forensische instellingen en de gemeenten te verbeteren? Hoe wordt hier toezicht op gehouden?
  6. Hoe kan het dat er géén criteria zijn voor het uitbreiden van vrijheden bij forensisch psychiatrische instellingen en de rapportages soms maar een paar regels lang zijn?

De minister heeft alle aanbevelingen overgenomen. Goede maatregelen in het vooruitzicht gesteld. De ervaring leert dat het besef van urgentie dat nu sterk leeft, gemakkelijk weer kan wegzakken in de keten aan organisaties die hierin hun rol hebben. Hoe bewaakt de minister dat voortvarend en vastberaden invulling wordt gegeven aan alle aanbevelingen?"