3 november 2022

SGP kritisch over kabinetsvisie seksuele gezondheid

Op 5 oktober stuurde minister Kuipers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport namens het kabinet de beleidsvisie op seksuele gezondheid naar de Tweede Kamer. Kamerleden hebben de gelegenheid gekregen om deel te nemen aan een schriftelijk overleg en op die manier vragen te stellen aan het kabinet. Als SGP zijn we kritisch over deze beleidsvisie en vragen we in onze schriftelijke bijdrage onder meer aandacht voor de gevaren en gevolgen van pornografie en prostitutie. De hele schriftelijke bijdrage van de SGP is hieronder te lezen.

Inleiding
De leden van de SGP-fractie hebben kennisgenomen van de beleidsvisie op seksuele gezondheid. Ze maken graag van de gelegenheid gebruik om hierover enkele vragen te stellen.

De leden van de SGP-fractie hechten eraan om allereerst hun eigen perspectief op seksualiteit uiteen te zetten. Zij zien seksualiteit als een kostbaar en teer geschenk, dat tot zijn recht komt binnen de trouw en geborgenheid van het huwelijk als een levenslang verbond tussen man en vrouw. Zij constateren dat de bewindspersonen seksuele gezondheid – kort samengevat – definiëren als ‘het vermogen om seksueel je eigen regie te voeren’. De leden van de SGP-fractie zien hierin een individualistische benadering van seksualiteit. Liever zouden zij zien dat een visie op seksualiteit wordt ingebed in een positieve visie op huwelijk, gezin, relaties en relatievorming. Als seksualiteit wordt losgemaakt van relaties, leidt dat naar de mening van de leden van de SGP-fractie altijd tot verschraling van seksualiteit. Seks is dan niet meer dan oppervlakkige lustbeleving of, erger nog, verwordt tot consumptiewaar.

Taak overheid
De leden van de SGP-fractie vinden het begrijpelijk dat het kabinet een visie op seksuele gezondheid heeft geformuleerd. Seksualiteit is zeer dominant aanwezig in onze samenleving, bijvoorbeeld op sociale media, in reguliere media of in reclame-uitingen. De leden van de SGP-fractie hebben al eerder middels Kamervragen hun zorgen uitgesproken over de overseksualisering van kinderen.

De leden van de SGP-fractie vragen het kabinet om de afbakening van de overheidstaak scherper te formuleren. Zij constateren dat bewindspersonen de overheidstaak ten aanzien van het bevorderen van de seksuele gezondheid vooral willen invullen door het faciliteren en stimuleren dat mensen zelf goed geïnformeerde keuzes kunnen maken. Zij zouden graag zien dat het kabinet een scherper onderscheid maakt tussen het privédomein en het publieke domein. De leden van de SGP-fractie zouden willen dat de overheid grote terughoudendheid betracht ten aanzien van het private domein en een beschermende en normerende rol heeft in het publieke domein. Dit laatste door bijvoorbeeld de stortvloed aan seksuele beelden op sociale media te beperken of vulgaire of onzedelijke uitingen die de seksuele gezondheid aantasten uit het publieke domein te weren. De leden van de SGP-fractie missen dergelijke maatregelen in de beleidsvisie. Graag een reactie hierop.

Concreet vragen de leden van de SGP-fractie waarom het kabinet geen voorstellen doet voor het normeren van publieke en/of reclame-uitingen die schadelijk zijn voor de seksuele gezondheid. Analoog aan beleid om reclames voor tabak, alcohol of ongezond voedsel te normeren, zou ook gedacht kunnen worden aan het reguleren van (reclame)uitingen die de seksuele gezondheid aantasten. Is het kabinet daartoe bereid? Hoe wil het kabinet gemeenten ondersteunen om reclame te verbieden van websites die overspel tot hun verdienmodel hebben gemaakt?

Voorts merken de leden van de SGP-fractie op dat in de kabinetsvisie geen aandacht wordt geschonken aan mensen die geen seksuele relatie kunnen of willen aangaan. Seksualiteit wordt benaderd als een ‘recht’. Zij vragen zich af seksualiteit hiermee recht gedaan wordt. Erkent het kabinet dat een persoon ook mentaal en fysiek gezond kan zijn zonder het aangaan van een seksuele relatie? Erkent het kabinet dat iemands identiteit niet (uitsluitend) wordt bepaald door het wel of niet aangaan van een seksuele relatie?

Pornografie
Ten aanzien van de overheidstaak missen de leden van de SGP-fractie in de brief een duidelijke visie van het kabinet op pornografie. Naar de mening van de leden van de SGP-fractie draagt de beschikbaarheid van porno niet bij aan een gezonde visie op seksualiteit. Pornografie zorgt voor een oppervlakkige vorm van lustbeleving die vrouwen degradeert tot lustobject. Porno geeft een vertekend beeld van seksualiteit, wat des te ernstiger is omdat het sterk normerend werkt voor de opvattingen van mensen over seksualiteit. Helaas is pornografie in de Nederlandse samenleving wijdverbreid. Delen de minister en staatssecretaris de opvatting dat pornografie een groot maatschappelijk probleem is? Wat gaat het kabinet hieraan doen? Welke maatregelen worden er genomen om de beschikbaarheid en kijken van pornografie tegen te gaan? De leden van de SGP-fractie vragen in het bijzonder aandacht voor mensen die verslaafd zijn aan pornografie. Welke maatregelen treft het kabinet om porno- en seksverslaving tegen te gaan?

Prostitutie
De leden van de SGP-fractie missen verder een verbinding tussen de visie van de regering op seksuele gezondheid en de praktijk van prostitutie in Nederland. Prostitutie is geen liefdevol samenleven van man en vrouw, maar misbruik van vrouwen en een vorm van slavernij. De leden van de SGP-fractie vragen het kabinet welk signaal uitgaat van het in stand houden van de prostitutieketen? Welke visie op vrouwen, op relaties en seks wordt hiermee gegeven, ook richting jonge mensen? Erkennen de bewindslieden dat het zeer bevorderend zou zijn voor de seksuele gezondheid als er een einde zou worden gemaakt aan de prostitutie in ons land?

Speerpunten
Seksuele gezondheid in beeld brengen: surveillance en monitoring
De leden van de SGP-fractie constateren dat de regering wil inzetten op het bevorderen van de kennis over en monitoring van de breedte van seksuele gezondheid. De regering gaat verkennen welke financiële ruimte en mogelijkheden er zijn om financiering van bepaalde monitoring in de toekomst structureel te borgen, en voor welke thema’s incidenteel onderzoek volstaat. De leden van de SGP-fractie vragen de bewindspersonen wanneer hierover meer informatie met de Kamer wordt gedeeld. Zij vragen zich af wat de precieze reden is dat het kabinet meer wil gaan monitoren. Welke problemen wil het kabinet hiermee oplossen?

De leden van de SGP-fractie vragen in het verlengde hiervan of het kabinet ook meer zicht wil ontwikkelen op de verspreidingen van seksueel overdraagbare aandoeningen door de groep biseksuelen? Hun zichtbaarheid neemt toe en jongeren lijkt steeds vaker te experimenteren met biseksueeel gedrag..

Onderzoek, monitoring, advisering, training en scholing op het gebied van seksuele gezondheid wordt al jaren sterk gedomineerd door Rutgers. Het is niet overdreven om te spreken van een monopolypositie. De leden van de SGP-fractie vinden dit onwenselijk. Delen de bewindslieden deze mening? De leden van de SGP-fractie vragen dan ook om bij toekomstige nieuwe opdrachten voor onderzoek of monitoring een gelijk speelveld te creëren zodat ook andere organisaties of instellingen hiervoor in aanmerking kunnen komen.

Seksuele gezondheid bevorderen
De leden van de SGP-fractie lezen: ‘‘Seksuele ontwikkeling start al op jonge leeftijd en gaat het hele leven door.’’ Delen de minister en staatssecretaris de mening dat seksuele en relationele vorming van kinderen om veel prudentie vraagt? Vanaf welke leeftijd moet volgens het kabinet seksuele vorming op school starten?

Verder vragen de leden van de SGP-fractie zich af hoe het kabinet de verbinding ziet tussen genderidentiteit en seksuele gezondheid?

b2. Vergroten bewustwording, kennis en vaardigheden op het gebied van
seksuele gezondheid

Seksuele vorming van jongeren
De leden van de SGP-fractie vinden het goed dat het kabinet niet alleen werk maakt van seksuele, maar ook van relationele vorming. Zij lezen dat dat ingezet wordt op relationele en seksuele vorming in een doorlopende leerlijn. Kan de staatssecretaris toezeggen dat hierbij een gelijk speelveld gewaarborgd wordt voor álle aanbieders van interventies?

De leden van de SGP-fractie vragen of in het kader van voorlichting ook aandacht besteed wordt aan het doorprikken van allerlei mythes en fabeltjes over seksualiteit, bijvoorbeeld als het gaat om de leeftijd waarop jongeren seksueel actief worden? Is er naast het vermelden van de hoge mate van tevredenheid van Nederlanders ook aandacht voor het feit dat bijvoorbeeld bij relatieproblemen seksualiteit vaak een belangrijk thema is?

Het kabinet spreekt van een nieuwe, zelfbewuste generatie. De leden van de SGP-fractie vragen zich af of er bij het kabinet voldoende besef is dat de nieuwe generaties ook meer dan ooit speelbal en slachtoffer zijn van allerlei kwade krachten op seksueel gebied, bijvoorbeeld door de macht van (sociale) media? Hoe krijgt dat een plek in het kabinetsbeleid? Wat vindt het kabinet van de Franse wet die producenten van devices verplicht standaard apps te installeren ter bescherming van jonge kinderen? Wat wordt er gedaan om sexting tegen te gaan?

De leden van de SGP-fractie vragen het kabinet om te bevestigen dat bij het onderwijs op basis van de kerndoelen, ook na de herziening, de vrijheid van richting van scholen gewaarborgd blijft en dat het dus aan scholen is om op basis van hun visie en missie zowel invulling te geven aan de kerndoelen als de manier te bepalen waarop dat het beste kan gebeuren (het ‘hoe’).

Is de inzet van het kabinet ten aanzien van de verduidelijking van de kerndoelen in ieder geval ook om ervoor te zorgen dat het aangaan en onderhouden van stabiele relaties duidelijker onderdeel wordt van het curriculum?

De leden van de SGP-fractie lezen: ‘Ook ouders of opvoeders hebben een belangrijke rol in seksuele vorming.’ In lijn met hetgeen zij naar voren hebben gebracht met betrekking tot de overheidstaak, storen zich aan deze formulering. De leden van de SGP-fractie zijn van mening dat seksuele en relationele vorming primair een taak is voor ouders en opvoeders. Seksuele en relationele vorming op school moet staan in het verlengde van de opvoeding en vorming in het gezin. Zij vragen de minister en staatssecretaris of zij die opvatting delen. Hoe willen zij ouders in staat stellen om deze taak zo goed mogelijk uit te kunnen voeren?

Verbetering positionering (aanvullende) seksuele gezondheidszorg in zorgstelsel
De leden van de SGP-fractie lezen dat de regering een wetswijziging in voorbereiding heeft waarmee onder meer de taken van de aanvullende seksuele gezondheidzorg (ASG) binnen de Wet publieke gezondheid geborgd worden. Zij lezen dat ASG in feite worden beschouwd als deel van de publieke gezondheidszorg en de wetswijziging dus geen beleidsinhoudelijke wijzigingen bevat. Zij vragen zich daarom af wat de toegevoegde waarde is van de wetswijziging.

Seksuele gezondheid op Bonaire, Saba en Sint Eustatius (BES-eilanden)
Hoe doet het kabinet in het beleid recht aan lokale opvattingen in de Cariben als het gaat om seksualiteit en hoe wordt voorkomen dat mainstream opvattingen in Europees Nederland opgelegd worden aan de Caribische delen van Nederland? Wordt de inbreng van maatschappelijke organisaties daarbij duidelijk betrokken?