14 mei 2013

Toeslagenfraude

Debat over de fraude met toeslagen en de positie van staatssecretaris Weekers

Voorzitter, de eerste vraag die beantwoord moet worden, is: ‘Is er inderdaad sprake van ernstige misstanden rond  de toeslagen’? Die vraag beantwoorden is simpel volgens mij. De SGP fractie vindt dat we een groot probleem hebben dat opgelost moet worden.

1. Wat wist de staatssecretaris wanneer?

De tweede vraag is of de staatssecretaris wist dat er ernstige misstanden waren. De verdedigingslinie van de staatssecretaris is dat hij ‘persoonlijk niet op de hoogte was van de fraude van de Bulgaren, maar dat hij het wel had willen weten.’ Dat is staatsrechtelijk echter totaal irrelevant. Of de staatssecretaris nu wel of niet persoonlijk op de hoogte was, hij is politiek verantwoordelijk. Het is van tweeën één. Of zijn organisatie had de problemen goed in het vizier, en nam vervolgens adequate maatregelen. Of de organisatie had de persoonlijke bemoeienis van de staatssecretaris nodig en heeft hem dus tijdig ingelicht, waarna hij voldoende actie ondernam. Volgens ons kan het eerste niet waar zijn. Dat is in ieder geval strijdig met de situatie dat nu een zwaar aanvullend pakket aan maatregelen genomen wordt. Daaruit blijkt toch dat de organisatie onvoldoende maatregelen had genomen. Het tweede, tijdig inlichten van de staatssecretaris, is volgens mij niet gebeurd. Deelt de staatssecretaris deze conclusies? Dat zou ernstig zijn want dan is de organisatie zo ingericht dat onvoldoende maatregelen worden genomen en dat cruciale signalen de staatssecretaris niet bereiken.
Bovendien is het de vraag of de staatssecretaris inderdaad zo weinig op de hoogte was van de problemen. Kan de staatssecretaris uitleggen waarom hij zich tijdens een uitzending verbaasd en geschokt toonde door de specifieke fraude door Bulgaren, terwijl hij de vorm van de systeemfraude die door hen is gebruikt al kende in 2011, gelet op een interview met Accountancynieuws en de rapporten van de Algemene Rekenkamer? Heeft hij inderdaad waarschuwingen van Belastingdienstmedewerkers genegeerd? Als de staatssecretaris in grote lijnen wel op de hoogte was, dan is dat ook ernstig, want dan heeft de staatssecretaris te weinig met de informatie gedaan. Hoe kan hij verklaren dat hij nu pas met aanvullende maatregelen komt, terwijl de informatie over de problemen allang bekend is?
Het probleem lijkt op een grote brand. Volgens staatssecretaris Weekers is de rookmelder wel afgegaan, maar heeft hij hem niet gehoord. ‘Dat geeft niet’, zegt de staatssecretaris, ‘want de brand wordt toch geblust?’ Ondertussen is er wel veel brandschade. De vraag is of dat voorkomen had kunnen worden als de staatssecretaris de signalen wel waargenomen had.

2. Informatievoorziening Kamer

Voorzitter. De SGP vindt de informatievoorziening door de staatssecretaris aan de Tweede Kamer onder de maat. Waarom informeerde hij de media diverse keren eerder dan de Kamer? Waarom informeerde hij de Kamer vaak zo summier? En kloppen de berichten dat de staatssecretaris cruciale informatie heeft achtergehouden waar de Kamer meerdere malen naar heeft gevraagd? Vindt de staatssecretaris ook dat dit anders had gemoeten en dat hij de Kamer eerst, sneller én vollediger had moeten informeren?

3. Weging

Voorzitter, tot slot. Mijn collega’s en ik hebben veel fundamentele vragen gesteld. De SGP verneemt graag hoe de staatssecretaris de gemaakte fouten en tekortkomingen weegt en of hij overtuigend kan motiveren dat hij in staat is fraude effectief te bestrijden.