23 februari 2023

Van der Staaij over het slachtofferbeleid

Op donderdag 23 februari debatteerde de Commissie Justitie en Veiligheid van de Tweede Kamer over het slachtofferbeleid. Lees hieronder de bijdrage van Kees van der Staaij.

Een alarmerend bericht trok mijn aandacht gisteren; Rechters en officieren van justitie dreigen met acties, mogelijk stakingen. De werkdruk is té hoog, de rechterlijke macht heeft ‘duizend lege toga’s’ geven zij zelf aan. Niet alleen de magistratuur, maar ook slachtoffers ondervinden hierdoor secundaire victimisatie als hun zaak steeds maar uitgesteld wordt of op de plank blijft liggen. Wat is de inzet van de minister om aan de eisen van de magistratuur tegemoet te komen en de strafrechtketen te versterken zodat zaken niet onnodig lang op de plank blijven liggen? Met name slachtoffers van verkeersdelicten en slachtoffers van seksueel geweld moeten hopeloos lang wachten op hun zaak.

De norm dat 80% van alle zedenaangiften binnen 6 maanden door de politie onderzocht is en naar het OM worden doorgestuurd wordt, wordt al langere tijd niet meer gehaald en neemt alleen maar af terwijl de meldingsbereidheid toeneemt. Is de minister bereid om in gesprekken met politie en OM deze norm te benadrukken en met een strategie te komen om deze norm te behalen?
Naast dat de doorlooptijden veel te lang zijn hebben we het afgelopen jaar helaas ook in toenemende mate te maken met geseponeerde strafzaken. Dit is een dubbele klap voor slachtoffers, na anderhalf jaar wachten krijgen zij nu te horen dat hun zaak geseponeerd wordt.

Het vinden van recht en herstel is cruciaal, want óók relatief lichte vergrijpen hebben impact. Kan de minister aangeven of alle alternatieven zijn afgewogen zoals de inzet van herstelrecht?

Strafbeschikking
Er wordt al veel inzet gepleegd om de druk op de rechtspraak te verlichten. Het OM kan door middel van een strafbeschikking, verdachten van misdrijven waar maximaal 6 jaar celstraf op staat, zonder tussenkomst van de rechter een sanctie opleggen. Eén van de beperkingen die deze strafbeschikking met zich meebrengt is dat slachtoffers geen spreekrecht hebben.

De SGP-fractie maakt zich zorgen over het gebruik van strafbeschikkingen bij vergrijpen in het grijze gebied zoals stalking, het verspreiden van kinderporno, huiselijk geweld en het opzettelijk toebrengen van lichamelijk letsel. Kan de minister aangeven wat het beleid van het OM is ten aanzien van deze vergrijpen die niet wettelijk zijn uitgesloten van de strafbeschikking, maar waarbij het wel waardevol kan zijn om het slachtoffer spreekrecht toe te kennen?

Ziet hij het belang van een uitzondering voor deze vergrijpen waarbij het slachtoffer spreekrecht toegekend wordt? De afweging om voor een strafbeschikking te kiezen moet altijd zorgvuldig gemaakt worden met het oog op de belangen van het slachtoffer. Dit kan echt relevant zijn voor de afweging van de rechter. Ik heb op werkbezoeken ook signalen ontvangen dat er vanwege capaciteitstekort gekozen wordt voor tenlastelegging van een lichter vergrijp zodat voor de route van strafbeschikking gekozen kan worden. Mijn fractie vindt dit ernstig en vraagt de Minister voor Rechtsbescherming: Is hij het met de SGP eens dat capaciteitstekort nooit mag leiden tot verminderde rechtsbescherming van het slachtoffer en hoe hij voorkomt dat dit in de praktijk voorkomt.