Handel

Internationale handel kan ten goede komen aan de allerarmsten, maar dat is niet automatisch het geval. Wanneer Nederlandse ondernemers en investeerders als goede rentmeesters rekening houden met de lokale politieke en sociale situatie en kiezen voor maatschappelijk verantwoord ondernemen, kunnen handel en hulp elkaar prima versterken. Daarvoor is nodig dat overheden, bedrijven en NGO’s goed samenwerken.

Beleidsvoornemens: 

  • Nederland zet zich in voor vrije handel, uiteraard binnen de morele kaders van rechtvaardigheid en menselijke waardigheid. Dit vraagt om het ‘vermarkten’ van onze bedrijven overal op de wereld, en om internationale afspraken ter bescherming van veilige en vrije (zee)handelsroutes, het bevorderen van een gelijk speelveld voor boeren en bedrijven, en gelijke toegang tot arbitrage. Handel draait echter niet alleen om bondgenootschappen en werven van inkomsten. Ook van belang zijn behoud van soevereiniteit en duurzame zorg voor de schepping in al haar facetten. Meer handel is dus niet altíjd beter. In elke casus is een grondige afweging nodig van verschillende, soms tegengestelde belangen, met beleidscoherentie als uitgangspunt.
  • Binnen (het postennetwerk van) departementen als Buitenlandse Zaken, Economische Zaken en LNV, wordt extra capaciteit vrijgemaakt voor steun van internationaal opererende bedrijven in topsectoren als land- en tuinbouw, waterbeheer en hightech. Inzet is onder meer nodig voor versterking van netwerken en het organiseren van handelsreizen.
  • Extra aandacht is nodig voor InvestNL als hét ‘voorportaal’ voor bedrijven die willen investeren in, of handeldrijven met, het buitenland. Samenhang van financieringsinstrumenten is ook van cruciaal belang. Wat dat betreft mogen we ook van de overheid flexibiliteit en gezonde ‘ondernemingszin’ verwachten.
  • Internationaal verantwoord ondernemen (IMVO) wordt verder gestimuleerd als een effectieve manier om hulp en handel te combineren. Op EU-niveau kunnen landen hun IMVO-beleid met elkaar stroomlijnen.
  1. Uitgangspunt is dat bedrijven geen ‘vijand’ maar partner zijn. Convenanten zijn wenselijk. Als deze echter aantoonbaar niet werken dan kan wetgeving overwogen worden. Die wetgeving moet effectief, uitvoerbaar en handhaafbaar zijn.
  2. Bedrijven die ‘IMVO-vriendelijk’ ondernemen worden (fiscaal) beloond maar ernstige nalatigheid kan worden beboet. Dit stimuleert bedrijven om hun zorgplicht serieus nemen inzake bijvoorbeeld kinderarbeid of moderne slavernij in hun productieketens of in die van toeleveranciers. Het gaat ook tegen dat bedrijven commercieel (willen) profiteren van conflictsituaties.
  3. Fiscale maatregelen kunnen ook breder ingezet worden voor meer private betrokkenheid van burgers en organisaties bij (publiek) ontwikkelingsbeleid.
  • Nederland draagt bij aan een rechtvaardig (bron)belastingbeleid. Ook grote multinationale ondernemingen dienen hun duit in het belastingzakje te doen. Dan kan de samenleving als geheel meeprofiteren van gemaakte winsten.
  • De groeiende ‘grondstoffenhonger’ van onder meer China maakt natuurlijke hulpbronnen steeds schaarser. Nederland moet echt minder afhankelijk worden van fossiele brandstoffen en streeft naar internationale afspraken over een eerlijke en duurzame grondstoffenverdeling.
  • Internationale handel kan wederzijds profitabel zijn. Het is goed als er in het Nederlandse handelsbeleid oog is voor het belang van versterking van lokale productie- en waardenketens in bijvoorbeeld Afrikaanse landen.


Terug naar overzicht

Lid worden

Dankzij zo'n 30.000 SGP-leden, kunnen wij, landelijk en lokaal, een vuist maken in de politiek. Wil jij hier ook aan bijdragen?

Doneren

Is een lidmaatschap niet wat je zoekt, of je bent al lid? Ook financiële steun stellen wij erg op prijs.

Werk mee

Wil jij bijdragen aan het behalen van onze doelen? Bekijk dan de openstaande vrijwilligers- en vaste functies.