28 maart 2024

Flach over warmtetransitie

Op woensdag 27 maart debatteerde de Tweede Kamer plenair over de Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie. Namens de SGP sprak André Flach. Zijn bijdrage aan het debat is hieronder te lezen.

De SGP wil voor verduurzaming gaan van onze gebouwde omgeving, uit voorzorg vanwege de klimaatproblematiek en om minder afhankelijk te zijn van fossiele brandstoffen. Van een bepaalde afstand bekeken, is het een goede zaak om onze gebouwde omgeving beter te isoleren en te gaan verwarmen met omgevingswarmte. Een alternatieve warmtevoorziening kan tot lagere maatschappelijke kosten leiden. Daarom is het goed als gemeenten aan de slag gaan met warmteprogramma's en daar zijn ze al volop mee bezig.

Er is echter ook het perspectief en eigendomsrecht van de individuele huiseigenaar en ondernemer, en er is een rijke schakering aan levensomstandigheden en huishoudboekjes. Gemiddeld klopt het plaatje wellicht als een bus. Ik had het er net al even over met collega Erkens: woonlastenneutraal, kostenefficiënter, duurzame warmtevoorziening, een scala aan subsidieregelingen en noem het allemaal maar op. Maar ook de 5% meest kwetsbare huishoudens moeten mee kunnen komen, zoals de ziekelijke 80-plusser met een lege portemonnee of het statushoudersgezin voor wie de inburgering überhaupt al een hele kluif is, maar denk ook aan de bakker op de hoek die over moet stappen op een dure elektrische oven. Als gekozen wordt voor lagetemperatuurwarmtenetten zijn stevige isolatie en vloerverwarming nodig en bij elektrificatie ook nog eens warmtepompen. Dit raakt het doenvermogen. Niet ieder huishouden kan deze stappen zo zetten, bijvoorbeeld omdat het gewoon met andere sores te maken heeft, nog los van de financiële situatie. Kortom, het perspectief van de individuele burger mag niet ontbreken. Het gaat om een eerste levensbehoefte en een omschakeling met mogelijk grote financiële gevolgen. Het raakt ook het eigendomsrecht.

Eerst wil ik de vinger leggen bij de onderbouwing van de noodzaak om deze aanwijzingsbevoegdheid zo in te voeren. Ik snap dat je wil voorkomen dat als een warmtenet aangelegd is het gasnet tot in lengte van jaren in stand gehouden moet worden. Dat zijn dubbele kosten. Als in een wijk gekozen wordt voor elektrificatie en netten verzwaard worden, moet je dan het gasnet in stand houden tot het laatste gasfornuis vrijwillig is overgezet naar een inductieplaat? Tegelijkertijd heb ik daar wel wat vragen bij. Als aansluiting op een warmtenet niet aantrekkelijk genoeg is om vrijwillig op over te stappen, hoe krijg je dan draagvlak voor een verplichte overstap? Dat zijn echt zorgen waar gemeentebesturen mee worstelen, want geen enkele wethouder heeft zin om een hele wijk tegen zich in het harnas te jagen. En hoe wordt die overstap dan woonlastenneutraal? Is het nu al nodig om in het geval van elektrificatie de aanwijzingsbevoegdheid te gebruiken? Dat is een belangrijke vraag. Dan is het toch minder problematisch als het gasnet nog wordt aangehouden? Want afsluiting heeft in dit geval veel grotere gevolgen voor huishoudens. Waarom hebben de ministers er niet voor gekozen de aanwijzingsbevoegdheid te beperken tot situaties waarin een warmtenet wordt aangelegd? De SGP heeft enkele belangrijke randvoorwaarden bij het voorliggende wetsvoorstel, met name bij de aanwijzingsbevoegdheid voor het afsluiten van wijken van het gasnet. Die zijn onvoldoende ingevuld in onze ogen.

Ik zoom in op drie hoofdpunten: juridische waarborgen voor individuele huishoudens, een soepele en betaalbare omschakeling in de praktijk, en beter zicht op het gasnet.

De SGP wil dat beter geborgd wordt dat bij gebruik van de aanwijzingsbevoegdheid iedereen - dat heb ik hier onderstreept staan in mijn tekst - het mee kan maken. Dit zit nu niet in het wetsvoorstel en ook nog nauwelijks in de ter inzage gelegde concept-AMvB. Een omgevingsplan moet rekening houden met de haalbaarheid en betaalbaarheid van maatregelen en dat is het dan, maar gemiddeld haalbaar en betaalbaar wil nog niet zeggen dat de eerdergenoemde kwetsbare huishoudens het mee kunnen maken. Dit AMvB-artikel moet wat ons betreft echt aangescherpt worden. De haalbaarheid en betaalbaarheid voor individuele huishoudens en ondernemers moeten beter worden geborgd met woonlastenneutraliteit als uitgangspunt.

Verder zou ook het warmteprogramma al inzicht moeten geven in de verwachte haalbaarheid en betaalbaarheid. Ik heb warmteprogramma's gezien die dit nog nauwelijks doen. Verder vind ik dat huishoudens en ondernemers tijdig duidelijkheid moeten krijgen over de alternatieve warmtevoorziening die in hun situatie passend is, over de stappen die ze hiervoor moeten zetten en over de ondersteuning die hierbij beschikbaar is. Ik heb een amendement ingediend om deze punten in de wet te verankeren. Daarnaast hoor ik graag hoe de minister aankijkt tegen de mogelijkheid om die omgevingsplannen te laten toetsen door de ACM. Raadsleden vragen zich af of ze kunnen overzien waar ze voor tekenen. Een eventuele facultatieve toets door de ACM kan helpen om het noodzakelijke vertrouwen te krijgen. Ik vraag de ministers de ontwerp-AMvB op zeer korte termijn, graag voor de stemmingen, bij de Kamer voor te hangen, dan wel als concept met de Kamer te delen.

De ministers stellen bijvoorbeeld voor dat de gemeentes zich ervan moeten vergewissen dat iedere gebouweigenaar mee kan. Hoe gaan ze dat in het vat gieten? Ik ben ook benieuwd hoe de participatie van bewoners is geborgd, ook van degenen die andere sores aan hun hoofd hebben en niet naar een informatieavond komen. De ministers schreven in de nota naar aanleiding van het verslag dat ontwerp-AMvB's pas voorgehangen worden als de wet waarop ze gebaseerd zijn, aangenomen is. Maar als ik het goed heb, zijn de instructieregels die nu worden opgenomen in die ontwerp-AMvB qua grondslag niet gebonden aan het voorliggende wetsvoorstel maar aan de Omgevingswet zelf. Dus wat let hen om de ontwerp-AMvB naar de Kamer te sturen?

Dan het tweede punt, voorzitter. Hoe gaan we zorgen voor een soepele en betaalbare omschakeling in de praktijk? De rapen zijn gaar in een gemeente als woonlastenneutraliteit bij overstap naar een warmtenet is beloofd maar de kosten in de praktijk fors stijgen. Ik lees vaker van dit soort berichten. Zelfs woningbouwcorporaties laten warmtenetten links liggen. Dat geeft nog geen vertrouwen in een betaalbare aanpak. Het is cruciaal dat we er met elkaar voor zorgen dat de warmtevoorziening betaalbaar blijft voor huishoudens. Het is echt een eerste levensbehoefte. Ik kan het niet vaak genoeg herhalen. De SGP is op zichzelf redelijk positief over de vlucht naar voren, ofwel de nota van wijziging om het "niet meer dan anders"-principe voor de warmtetarieven aan te scherpen. Er is echter meer nodig dan nu gebeurt. De ACM wijst op mogelijke risico's voor de investeringsbereidheid. Hoe zien de ministers dit? Is het niet verstandig om ook voor te sorteren op de vervolgstap, namelijk het loskoppelen van de warmtetarieven van de gasprijs? Daar zal collega Grinwis straks nog op ingaan.

De SGP vindt het ook belangrijk dat de kosten voor warmtenetten meer gesocialiseerd worden. Er mogen niet te grote verschillen ontstaan tussen wijken omdat het in de ene wijk nu al makkelijker is dan in de andere wijk. Aanlegrisico's moeten beter worden afgedekt. Dat kan door een landelijk fonds of deelneming van Energie Beheer Nederland. Hoe gaat het kabinet dit oppakken zodat huishoudens erop kunnen rekenen dat de overstap naar een warmtenet hen niet in de koude kleren gaat zitten?

Ik zie nu een waaier aan subsidieregelingen. Daarnaast heb je nog het Warmtefonds. Hoe wordt ervoor gezorgd dat gemeenten deze gericht op wijkniveau kunnen inzetten? Hoe gaan de minister en de gemeenten ervoor zorgen dat woonlastenneutraliteit, zoals afgesproken in het Klimaatakkoord, het uitgangspunt is en blijft, niet alleen op papier maar ook in de praktijk? Het Rijk en de VNG hebben de handreiking betaalbaarheid opgesteld. Die blijft wat vaag en te veel steken bij gemiddelde kosten en baten. Worden er nadere afspraken gemaakt over hoe betaalbaarheid en woonlastenneutraliteit ingevuld worden? Een nulprocentslening van het Warmtefonds bijvoorbeeld is mooi, maar stel dat je gaat verhuizen. Een belangrijk instrument om de warmtetransitie goed op gang te krijgen en huishoudens niet te veel te belasten, is gebouwgebonden financiering. Dan kunnen de financiële lasten van investeringen beter worden terugverdiend via de energierekening en lopen huishoudens minder risico's. De regering zoekt naar een goede juridische basis en er is een uitzondering op de Wet op het financieel toezicht nodig. Wanneer is dit geregeld? Gemeenten moeten dit instrument in de gereedschapskist hebben zitten, voordat de warmteplannen worden uitgerold. Duitsland eist dat het warmtenet in publieke handen moet zijn als er sprake is van een verplichte aansluiting op het warmtenet. Waarom is hier niet voor gekozen?

Tot slot. Beter zicht op het gasnet. Ik lees in de warmteprogramma's nog weinig over de vervangingsopgaven en de instandhoudingskosten van het gasnet in verschillende wijken van een gemeente. Als het voorkomen van dubbele kosten door het handhaven van twee typen infrastructuur het belangrijkste argument is voor de aanwijzingsbevoegdheid, dan zou dit toch een belangrijke stem in het kapittel moeten zijn? Hoe zien de ministers dit? Hoe gaan ze ervoor zorgen dat netbeheerders informatie over de instandhoudingsopgave van lokale gasnetten delen met gemeenten, én dat gemeenten dit ook gaan meewegen in hun warmteprogramma? Verder kunnen er lokaal mogelijkheden zijn voor gasnetten op basis van biogas of waterstof; zeker bij dorpen in het landelijk gebied kan dit perspectief bieden. Blijft hier voldoende ruimte voor?

Alles afwegende begrijp ik dat het kabinet met dit voorstel komt. Gemeenten vragen er ook om, want ze moeten doorzettingsmacht hebben en daar ook middelen bij hebben. Tegelijkertijd heeft mijn fractie zwaarwegende kanttekeningen. Ik ben daarom benieuwd naar de reacties vanuit vak K.