24 januari 2025

Kamervragen gevangenneming gijzelaars in gebouwen UNRWA

SGP-Kamerlid Chris Stoffer stelt schriftelijke vragen aan minister Veldkamp van Buitenlandse Zaken. De aanleiding voor deze vragen is berichtgeving van de Telegraaf over de verklaring van drie Israëlische gijzelaars die aangeven dat ze zijn vastgehouden in een opvangplaats van UNRWA.

De SGP is in het verleden al erg kritisch geweest over het functioneren van deze organisatie en twijfelt al langer aan de neutraliteit van het personeel van UNRWA. Mede over de ernstige aantijgingen tegen medewerkers die deelnamen aan 7 oktober of de terreurorganisaties Hamas en Hezbollah. Vandaar ook ons eerder ingediende amendement (aangenomen) samen met JA21 om de financiering aan UNWRA af te bouwen. Chris Stoffer: “Als het waar is wat de gijzelaars verklaren is dit zeer ernstig en een bevestiging van de vergaande banden tussen Hamas en UNRWA. We willen spoedig antwoord van de minister.”

Vragen van het lid Stoffer aan de minister van Buitenlandse Zaken over Israëlische gijzelaars in VN-gebouwen:

  1. Is de minister bekend met het bericht dat vrijgelaten gijzelaars vertellen dat ze in VN-gebouwen hebben gezeten en “Gijzelaars Gaza vastgehouden in VN-gebouwen” en “Drie Israëlische gijzelaars verklaren na vrijlating: ’Hamas hield ons gevangen in opvangplaats UNRWA’” ?
  2. Kan de minister bevestigen dat alle schuilkelders en gebouwen van de VN in Gaza door UNRWA werden georganiseerd en beheerd?
  3. Heeft de minister bij Israëlische autoriteiten nagevraagd of dit nieuws klopt?
  4. Heeft de minister bij UNRWA of een andere VN-organisatie nagevraagd of ze hiervan afwisten?
  5. Hoeveel toezicht is er door medewerkers van de VN en van UNRWA in de humanitaire zones algemeen en in de gebouwen specifiek in Gaza?
  6. Is er in de vele contacten met VN-organisaties sinds 7 oktober gesproken over wat te doen als VN-medewerkers informatie over gijzelaars horen of zien?
  7. Erkent de minister dat resolutie A/ES-10/L.33 oproept tot het vrijlaten van gijzelaars en het werk van de Secretaris-Generaal daartoe prijst?
  8. Welke consequenties heeft het voor de minister als UNRWA mogelijk het werk om gijzelaars vrij te krijgen frustreerde?
  9. Kan de minister deze vragen zo spoedig mogelijk en afzonderlijk beantwoorden?